dinsdag 2 februari 2016

#Ruscha_Keramik #Rheinbach.

'Ruscha-Keramik' ... alom bekende merknaam van het bedrijf dat in 1905 door Georg Schardt opgericht werd onder de zaaknaam 'Klein & Schardt'. Het bedrijf vestigde zich in Rheinbach (vijftien kilometer ten zuidwesten van Bonn). Tijdens WO II werd het met de grond gelijkgemaakt. 

Georg Schardt zag de heropbouw van zijn bedrijf niet meer zitten en droeg het daarom over aan zijn zoon Rudolf. De firma heette destijds 'Rudolf Schardt Keramische Werke Rheinbach'. 
De producten werden verkocht onder de merknaam 'Ruscha' ... een samentrekking van de eerste twee letters uit de voornaam en de eerste vier letters uit de familienaam van deze Rudolf.

Rudolf Schardt vertrok van een volledig nieuwe collectie ... waaronder vazen, wandtegels en –borden, overpotten, dierensculpturen enz. De reactie op de nieuwe creaties was overweldigend. Een van die succes-redenen was het ontstaan van twee Duitse staten Voorheen werd in de behoefte aan hoogwaardig sier- en gebruikskeramiek enkel voorzien door Oost-Duitse fabrieken zoals deze van Carstens-Uffrecht in Reinsberg. Nu ontstond de gelegenheid om de West-Duitse en West-Europese markt te bedienen met kwalitatief hoogwaardige objecten van de productie uit Rheinbach (het mekka van de Duitse keramiekproductie).

In 1951 werd Otto Gerharz de nieuwe bedrijfsleider bij Ruscha. Deze 'keramiekingenieur' had door de ontwikkeling van alle in de daarop volgende tijd toegepaste glazuren een beslissend aandeel in de positie die de firma op het gebied van kunstzinnig gevormd keramiek verworven had. Geïnspireerd door ontwerpen die in de jaren '40 buiten Duitsland op de markt kwamen en door nieuwe vooral uit Italië afkomstige designs, ontwikkelde men nu ook in Duitsland gewaagdere vormen en kleurstalen.

In 1952 bouwde Ruscha een elektrische tunneloven om aan de stijgende vraag te kunnen voldoen.

Rond die tijd werd ook keramiekontwerpster Cilli Worsdörfer bij Ruscha aangetrokkken. Nog voordat haar decors 'Kairo' en ‘Zebra’ zeer succesvol werden, ontwikkelde en verfijnde zij een bont op gekleurde ondergrond geschilderd decor 'Milano'. Met deze productie had Ruscha zich verzekerd van een toppositie in de keramiekmarkt.

Van grote betekenis voor de vormontwerpen bij Ruscha was ook Kurt Tschörner. Voor WO II volgde hij een opleiding aan de 'Glasfachschule' in Steinschönau en aan de 'Kunstgewerblichen Schule'in Gablonz. In 1948 hielp hij mee aan de oprichting van de 'Steinschönauer Glasfachschule' in Rheinbach. Tot aan zijn pensioen was hij er werkzaam als leider van de afdeling vlak-glasveredeling en als docent in natuur- en ontwerptekenen.

In 1954 gaf Kurt Tschörner als zelfstandige medewerker vorm aan een zeer eigenzinnig modelprogramma dat zich kenmerkte door asymmetrische vormgeving. Hij ontwierp pompoen-, snorkel-, beender- en mosselvormen die voor een deel gedurende lange tijd tot het programma van Ruscha behoorden.

Halverwege de 50er jaren werd een bouwkeramische afdeling aan de firma toegevoegd. De verantwoordelijke man hiervoor was Claus Kerwer.

In de jaren '70 werden wandtegels ontworpen met uitgesproken lavaglazuren. Deze prachtige expressieve vormen werden gemaakt voor zowel binnen als buiten ... tezamen met grote plantenbakken en diersculpturen.

Andere ontwerpers bij Ruscha waren: Hans Welling, Adele Bolz, Heinz Siery, Gerda Heuckeroth, Jutta Johani.

Signatuur: Ruscha gebruikte zowel rode als witte klei.
Op de bodem van het object stond vaak een driecijferig modelnummer gevolgd door één enkel nummer, waarbij 1 staat voor het kleinste model en 6 voor het grootste exemplaar.
Er zijn ook modellen terug te vinden waarop de hoogte in centimeters staat. 
Ruscha heeft enkele modelnummers hergebruikt.
In sommige zeldzame gevallen is de onderkant met de hand gegraveerd met de naam en/of decornaam.

Toen Ruscha in 1996 zijn deuren sloot ... kocht de firma Scheurich de merknaam ‘Ruscha’ en heel wat ontwerpen over. Deze worden vandaag de dag verkocht onder de naam 'Ruscha Art'.

Ook Otto Keramik nam enkele designs uit de inboedel van Ruscha over.

Groeten,
Meindert

 





v.l.n.r. Rudolf Schardt, Otto Gerharz, Kurt Tschörner