zaterdag 11 juli 2015

#Vlaams_aardewerk - #Potterie_Flamande

Deze naam werd gegeven aan het type aardewerk geproduceerd in #Vlaanderen gedurende de periode van 1890-1990 en waarin de Vlaamse volkshaard duidelijk naar voren kwam. Men kon er uit aflezen wat de Vlaming destijds beroerde en hoe het gesteld was met zijn economische en politieke situatie.

De pottenbakkerij is aan vele culturen gekoppeld, men treft ze dan ook over de gehele wereld aan. Al eeuwen voor het begin van onze jaartelling was er een rijke verscheidenheid aan vormen van aarden potten, bekers en urnen, in rood of grijs ongeglazuurd aardewerk dat door het vuur een bestendige vorm kreeg. Dit soort aardewerk had echter het grote nadeel poreus en broos te zijn, aangezien de primitieve ovens de nodige temperatuur niet konden ontwikkelen om de klei volledig te doorbakken.

Vanaf de dertiende eeuw na Christus kon men in onze streken ook huishoudelijke gebruiksvoorwerpen en tegels aantreffen die bedekt waren met loodglazuur, namelijk het 'hoogversierd aardewerk' Kenmerkend voor dit aardewerk is de toepassing van twee of meer versieringstechnieken. De productie ervan strekte zich uit over de gehele Noordzeekust van Frankrijk, Vlaanderen en Nederland tot in Denemarken toe.

Het gebruik van tinglazuur en hierdoor ook het ontstaan van faïence-objecten, komt in onze streken in voege gedurende de zestiende eeuw toen de Italiaanse pottenbakker Guido di Savino naar Antwerpen kwam en er majolica-tegels produceerde in velerlei kleuren.

Tinglazuur is een ondoorzichtig wit glazuur, dat wordt gebruikt om tegels en andere voorwerpen van aardewerk te bedekken. Hierop kan worden geschilderd met blauwe, groene, oranje, gele en purperen pigmenten die uit metaaloxiden worden gewonnen, bijv. kobaltoxyde voor blauw, koperoxyde voor groen, mangaanoxyde voor bruin enz.

Toen Vlaanderen in de tweede helft van de zestiende eeuw verwikkeld raakte in grote religieuze, politieke en economische moeilijkheden, trokken onze pottenbakkers weg naar de betrekkelijk veilige noordelijke provincies. Zij vestigden zich in steden als Delft, Haarlem, Amsterdam en Rotterdam, waar ze nieuwe ateliers stichtten en hun vakkennis doorgaven aan de plaatselijke pottenbakkers. Uit deze emigratie is dan ook het 'Delfts aardewerk' ontstaan.

De pottenbakkers die gedurende deze woelige periode in onze contrijen waren gebleven konden begin zeventiende eeuw mee profiteren van de economische heropbloei. In vele steden van ons land zoals: Brugge, Gent, Kortrijk, Poperinge, Sint-Niklaas en Torhout vestigden ze zich om de kost te verdienen met de productie van dit luxe majolica-aardewerk.

Hierna enkele grote namen van pottenbakkerijen per stad.

#Bredene              ➟ Bourgoingnie
#Brugge               ➟ Den Uil – Le Hibou
                           ➟Vande Voorde
                           ➟Van Humskerke

#Gent                   ➟Maes

#Kortrijk              ➟Caessens
                           ➟Laigneil
                           ➟Noseda

#Torhout             ➟ Maes
                          ➟Roose 
                          ➟Willemyns

#Sint-Niklaas      ➟Scheerders – Van Kerckhove

De geschiedenis van al deze pottenbakkerijen belichten zou dit artikel te omvangrijk maken ... daarvoor kan ik u verwijzen naar de site van het Torhouts museum en zijn talrijke publicaties hieromtrent.

Indien u zich geroepen voelt als kenner van dit soort aardewerk ons allen nog wat wijzer te maken in deze materie ... krijgt u met veel plezier en applaus auteursrecht op dit forum.

Groeten,
Meindert

 

 

 

 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten